Werken met tekst in tabelcellen
U kunt tekst in tabelcellen opmaken en uitlijnen, tekst zoeken en vervangen en een
spellingcontrole op tekst in cellen uitvoeren.
Wanneer u in Numbers tekst in een cel typt, wordt tekst weergegeven op basis van
soortgelijke tekst elders in de tabel en kunt u de celinhoud aanvullen met deze
suggesties. U kunt de tekstsuggestie toepassen of verder typen om de suggestie te
overschrijven. Om automatische suggesties uit te schakelen, deselecteert u 'Toon lijst
voor automatische voltooiing in tabelkolommen' in het paneel 'Algemeen' van de
voorkeuren van Numbers.
Manieren om met tekst in tabelcellen te werken:
Om een regeleinde in te voegen, drukt u op Option + Return.
m
Om een alinea-einde in te voegen als het aankruisvak 'Naar volgende cel met Return-
m
toets' niet is ingeschakeld in het gedeelte 'Tabelopties' van het infovenster 'Tabel',
drukt u op de Return-toets. Als dit aankruisvak wel is ingeschakeld, drukt u op Option
+ Return.
U kunt ook in de formulebalk en op de regeleindeknop in de opmaakbalk klikken.
Om een tab in een tabelcel toe te voegen, drukt u op Option + Tab.
m
U kunt ook in de formulebalk en op de tabknop in de opmaakbalk klikken.
86
Hoofdstuk 4
Werken met tabelcellen
Hoofdstuk 4
Werken met tabelcellen
87
Om de uitlijning van tekst aan te passen, gebruikt u de knoppen voor uitlijning in de
m
opmaakbalk.
Hiermee lijnt u tekst links of rechts uit of centreert u tekst. Verder kunt
u hiermee tekst uitvullen of tekst links en getallen rechts uitlijnen.
Hiermee lijnt u tekst uit langs de bovenrand,
het midden of de onderrand van cellen.
Het infovenster 'Tekst' bevat meer opties voor het opmaken van tekst (klik op de knop
'Info' in de knoppenbalk en klik vervolgens op de knop 'Tekstinfo').
Zie “Tekstuitlijning, letter- en regelafstand en tekstkleur instellen” op pagina 192 voor
meer informatie.
Om lettertypekenmerken in te stellen, gebruikt u de knoppen voor tekstopmaak in de
m
opmaakbalk.
Hiermee stelt u het lettertype in.
Hiermee stelt u het letterbeeld in.
Hiermee stelt u de lettergrootte in.
Hiermee stelt u de
tekstkleur in.
U kunt ook het venster 'Lettertypen' gebruiken (klik op de knop 'Letter' in de
knoppenbalk).
Zie “De grootte en vormgeving van tekst bepalen” op pagina 184 voor meer informatie.
Om een spellingcontrole uit te voeren, volgt u de instructies in “
m
Spelling
controleren” op pagina 212.
Om naar tekst te zoeken en deze desgewenst te vervangen, volgt u de instructies in
m
“Tekst zoeken en vervangen” op pagina 214.
Om te voorkomen dat tekst in Numbers als een getallenreeks wordt geïnterpreteerd,
m
gebruikt u de tekstnotatie. Zie “Werken met tekstnotaties in tabelcellen” op pagina 108
voor meer informatie.
Opmerking: Tekenreeksen worden genegeerd in functies die gebruikmaken van
getallen voor het uitvoeren van berekeningen.